Gefluisterde, gesproken, gezongen en gedeclameerde woorden, in alle denkbare genres komen ze terug in de concertprogramma's van de Leidse Salon. We lichten kort een tipje van de sluier van die concertprogramma's waar taal, in welke vorm dan ook een rol speelt.
We horen woorden in dialoog met de muziek. We horen woorden die betekenissen verklanken die met muziek niet zijn te beschrijven. We horen woorden in grote verhalen met grote gevoelens. We horen de taal, in mierzoete woorden gekonfijt. We horen de taal die verleidt, die shockeert en ontroert. En we horen de muziek als voertuig voor die taal. En ook horen we de muziek als de uitdrukking van het onzegbare.
De hedendaagse schrijvers Joke van Leeuwen, Kader Abdolah en P.F. Thomése maken hun opwachting in drie onderscheidende vertelvoorstellingen. Voorstellingen waarin de muziek soms het hoogste woord voert en dan weer langzaam vervliegt. Joke van Leeuwen bewerkte haar bekroonde historische roman Feest van het begin tot een toneeltekst waarin de componistenfamilie Forqueray aan het einde van de 18de eeuw figureert. Kader Abdolah vertelt verhalen van weemoed en verlangen aan de hand van de pianocyclus Les heures Persanes van Charles Koechlin, een compositie die op zijn beurt weer is geïnspireerd door de verhalen die de marinier en wereldreiziger Pierre Loti aan het begin van de 20ste eeuw schreef.
En in het laatste van dit drieluik draagt schrijver P.F. Thomése in Grensvariaties voor uit zijn eigen teksten over de betekenis van grenzen. Een vertelvoorstelling met speciaal gecomponeerde muziek door de Nederlandse componist Martijn Padding.
We presenteren u twee declamatoria uit het Engels taalgebied. Met het declamatorium programmeren we het genre dat vooral in de tweede helft van de 19de eeuw populair was: epische gedichten worden gedeclameerd waarbij er tegelijkertijd begeleidende muziek klinkt. Dramatische liefdesgeschiedenissen zijn in de Leidse Salon het onderwerp van twee klassiekers uit de romantiek: Enoch Arden en Manfred. Het populaire gedicht Enoch Arden van Alfred Tennyson uit 1864 werd door de Duitse componist Richard Strauss in 1897 van een muzikale bedding voorzien. U hoort de oorspronkelijke Engelse versie met Alexander Oliver en pianist Hanna Shybayeva.
Een volgend gekweld personage verschijnt op het toneel met Manfred, de in zijn tijd al even beroemde protagonist uit het gelijknamig dramatische gedicht van Lord Byron (1817). Jedidah Wentz kruipt in de huid van Manfred en wordt op viool, cello en piano bijgestaan met delen uit de Manfred van Robert Schumann.
In drie concerten zetten we vrouwen voor het voetlicht, componisten, dichters en rolmodellen, en sterke personages die zich in de door mannen gedomineerde kunstwereld manifesteerden. We introduceren twee Britse ‘cousins’ in de setting van de door Jane Austen beschreven salons. De musicerende vrouwen onderhouden een levendige briefwisseling die het begin van de 19de eeuw dichtbij haalt. In een concert waarin we de muziek en gedichten een kleine twee eeuwen eerder situeren maken we kennis met de vrouwelijke componisten Barbara Strozzi en Francesca Caccini en met dichteres Veronica Franco. Sopraan Claron McFadden zingt en draagt voor. We bezoeken de Parijse salons rond het begin van de 20ste eeuw waar we op audiëntie gaan bij Misia Sert, de koningin van de Parijse salons. Deze salonnière en pianist had een levendig netwerk waarin Debussy, Picasso en Coco Channel figureerden.
We reizen nog wat verder terug in tijd en plaats naar de sonnetten van Shakespeare, sfeervol omlijst met muziek voor luitduo van onder anderen John Dowland, en keren terug op het continent naar de persoon en de muziek van Beethoven. In een volgend programma gaan we per trein nog verder oostwaarts. We zijn opnieuw getuige van een dramatisch liefdesverhaal tijdens een concert gemodelleerd naar Beethovens Kreutzersonate. In dat programma zal natuurlijk ook Tolstojs beroemde raamvertelling niet ontbreken. En ook een van Mozarts beroemdste opera’s: Die Zauberflöte komt in salonversie op de planken.
We komen weer dichter bij huis met programma's rond de socialistische dichter Herman Gorter wiens werk in een voorstelling met gedichten en muziek tot leven wordt gebracht. En met een optreden van een nazaat van Rheinvis Feith in een Leids salonconcert, sopraan Henriette Feith, leggen we een rechtstreeks lijntje met de 'Hollandsche romantiek'.
En om tenslotte nog even door te gaan in en over de moerstaal. Het Nympheas Trombone Quartet maakte een intrigerend programma waarin de oorsprong van het madrigaal wordt verbonden met verhalen uit de moedertaal van een viertal componisten.