Thema: Wenen | De Leidse Salon

Thema: Wenen

In de geschiedschrijving krijgen voorbije tijdperken soms eeuwen later pas een naam toe bedacht. Zo is de term voor de zeventiende eeuwse bloeiperiode in de Nederlanden, de Gouden eeuw, pas in de negentiende eeuw ontstaan. En wellicht wordt deze term de Gouden eeuw misschien ook wel weer afgenomen nu ons nationaal bewustzijn wakkerder wordt.
 

De Oostenrijkse hoofdstad Wenen kent eveneens zijn Gouden Eeuw die een groot deel van de achttiende eeuw beslaat. Er is een enorme bloei van de kunsten die nadrukkelijk werd gestimuleerd door het vorstenhuis van de Habsburgers dat onlosmakelijk met Wenen verbonden was. Componisten en musici pro- fiteren van deze bloeiperiode. Zo speelde de 6-jarige Mozart in 1762 een recital voor keizerin Maria Theresia te midden van de pracht en praal van het vernieuwde en uitgebreide paleis Schönbrunn. Wenen werd al in de achttiende eeuw dé muziekstad genoemd hetgeen in de negentiende eeuw nog eens bevestigd werd. Toen werden, na de uitbreiding van de stad buiten de oude stadsmuren, de Weense Staat- opera, de Volksopera Wien, de Musikverein en het Konzerthaus gebouwd. Zoals de naam van de Habsburgers eeuwenlang verbonden is met Wenen zijn er ook de (muzikale)voetsporen van talloze componisten in Wenen terug te vinden. De stad werkte als een magneet op musici en componisten én toeristen.


'Door Wenen liepen we drie dagen de koortsige muzikant achterna. Op deze traptreden rende hij, kroop; wij betastten ze met blote handen' (Fragment van een gedicht van Anna Enquist, 2000)


In reisgidsen staan talloze adressen vermeld die je kris kras door de stad voeren. Langs een aan een componist gewijd museum of langs met plaquettes gesierde voormalige woonhuizen van componisten. De drie componisten die het muziekleven vanaf de achttiende eeuw de grootste glans gaven waren natuurlijk Haydn, Mozart en Beethoven. Deze 'Wiener klassieken' werden in de negentiende eeuw als de 'Weense school' benoemd en later na de twintigste eeuwse entree in de muziekwereld van Schön- berg, Berg en Webern als de 'Eerste Weense School'. Van een school was overigens geen sprake. Beethoven kreeg wel les van Haydn en heeft Mozart waarschijnlijk wel ooit horen spelen, maar van een doelbewuste samenwerking was echter geen sprake.
 

De Leidse Salon wijdt een aantal concerten aan de Eerste Weense School en aan de Tweede Weense School waar de hierboven genoemde Schönberg, Webern en Berg de toon aangaven. Het is de tijd waarin componist en schilder Schönberg de grenzen van de tonaliteit opzocht en overschreed. Hij en zijn leerlingen Berg en Webern vormden de avant-garde van het Weense muziekleven. En wie gingen hen voor in de eeuw na Haydn, Mozart en Beethoven? Met een sprong belanden we bij het Weense fin de siècle, een andere prachtige tijdsaanduiding. Een benaming die met zijn laatromantische muziek met grootse gebaren de weemoedige lading dekt. De componisten die onder andere het Weense fin de siècle belichamen zijn de geprogrammeerde Mahler en Zemlinsky.
 

Bekijk alle concerten binnen dit thema

Deze website maakt gebruik van cookies om u een optimale gebruikerservaring te bieden.

Meer info